Fokker F-11(A) Flying Boat and Amphibian (Model 9)

Het eerste toestel van model 9 (met msn 900) was nog van een voorloper van de F-11. Dit betrof de in Nederland gebouwde B.IIIc die naar Amerika werd verkocht. Voor meer informatie wordt verwezen naar dit type bij de in Europa vervaardigde vliegtuigen voor Amerika.


De F-11 was een ontwerp van A.A. Gassner, chief engineer van de Atlantic Aircraft Corporation. Het bestond uit een metalen vliegbootromp met houten vleugel. Deze vleugel was dezelfde als voor de Super Universal.

Omdat in Amerika de kennis ontbrak om de bootromp te bouwen, werd die in Nederland besteld. Daar werd dit type B.IV genoemd. Het prototype van de bootromp werd in juni 1928 naar Amerika verscheept. Daar werd het als vliegboot met msn 901 afgebouwd en was in oktober 1928 gereed.

Na proefvluchten werd het toestel met sponsoons tot amfibie omgebouwd. Later werd het weer een vliegboot die in juli 1929 aan Vanderbilt werd verkocht.

Intussen had AAC al in december 1928 tien bootrompen besteld in Nederland van een iets verbeterd type. Nog voordat de eerste daarvan geleverd was had Anthony Fokker op eigen gezag nog eens tien extra rompen besteld. Dat laatste zou hem nog opbreken. Vanaf april 1929 werden de bootrompen voor de productie naar Amerika verscheept.


De geschiedenis van het type werd gekenmerkt door aanpassingen om prestaties en vlieggedrag te verbeteren.

Hiervoor werd de oorspronkelijke P&W Wasp motor vervangen door een Hornet of Wright Cyclone. Voorts werd voor een grotere vleugel gekozen. Ook het verticale staartvlak werd vergroot om het wegdraaien tijdens de vlucht te verhinderen. Daarbij kwam nog dat er ernstige trillingen in de romp optraden die niet konden worden verholpen. De genoemde problemen kwamen vooral aan het daglicht bij de serieproductie.


Met de rompen uit Nederland begon de afbouw met msn 902 die in juni 1929 gereedkwam. Msn 904 volgde in september en msn 906 in februari 1930.

De laatste die afgebouwd werd was msn 903 in juni 1930; de 905 werd nooit voltooid. Alleen 904 en 906 werden nog verkocht.

De prestaties van het type bleven ondermaats en de kostprijs hoog. Ondertussen was het toesturen van bootrompen vanuit Nederland op verzoek van Amerika gestopt. De laatste acht rompen werden nooit verscheept. Vijf daarvan werden ook niet door Amerika betaald. De overtollige rompen in Amerika werden al in 1932 gesloopt. Pogingen in Nederland om ze nog bruikbaar te maken liepen op niets uit.


Klik op de foto om de foto te vergroten